‘Waarom verkast je zoon volgend seizoen van sv Huizen naar VVOG?’ vraagt Robert in de voetbalkantine. Na zijn vraag rommelt hij nog even met zijn telefoon. Kan dat niet een andere keer, denk ik nog, maar steek van wal. Het resultaat is – voor mij – ontluisterend.
Ik vertel hem over sfeer, vertrouwen voelen van de trainer, een trainer die weggaat, een team dat uit elkaar valt, het degradatiespook. Twee biertjes en een heel verhaal verder rond ik af. Op dat moment pakt Robert opnieuw zijn telefoon. ‘Je bent zeventien minuten onafgebroken aan het woord geweest,’ zegt hij.
BAM. Die komt binnen. Mijn antwoord op een korte simpele vraag had de lengte van een TED-presentatie. Soms word je wijs door schade, soms door schande. In dit geval is het de schande van mijn schandalig lange antwoord.
Als zzp’er (zelden zonder pen) bezoek ik regelmatig netwerkbijeenkomsten. In mijn jonge jaren loerde ik vanuit mijn ooghoeken vaak naar het mooiste meisje in de kroeg. De hele avond broedde ik op een openingszin die alle andere openingszinnen overbodig zou maken. Intussen waren die meisjes continu in gesprek met jongens die stomweg vroegen of ze hier vaker kwamen en of ze het ook zo warm hadden. En had ik wél een keer beet, dan nam mijn enthousiasme het over en wist ik van geen ophouden.
Dat is een valkuil waar ik nog steeds wel eens intuimel. Bijvoorbeeld op netwerkbijeenkomsten, op verjaardagen en in de voetbalkantine.
De ‘feedback’ van Robert dwingt me tot reflectie. Waarom vind ik een gesprek interessant? Omdat ík mijn verhaal heb kunnen doen?
In het voetbal kun je door balbezit je tegenstander van scoren afhouden, een netwerkgesprek is juist geslaagd als je gesprekspartner tot scoren komt.
In het voetbal kun je door balbezit je tegenstander van scoren afhouden, een netwerkgesprek is juist geslaagd als je gesprekspartner tot scoren komt. Daarbij is vragen stellen belangrijker dan antwoorden geven. En één ding is zeker: elk gesprek verzuipt met een woordwaterval van zeventien minuten.
Robert moet maar met me mee naar mijn netwerkbijeenkomsten, dan kan hij mijn gesprekken ‘klokken’. Dat zal me leren.
Ben Tekstschrijver
Wat zijn jouw ervaringen met netwerkgesprekken? Tips? Reageren en delen is leuk.
Bijna 1000 lezers gingen je voor.
Ben Tekstschrijver blogt ook op Zorgkaart Nederland, Mijnkwaliteitvanleven.nl, Taalvoutjes (Paus op non actief I Pferdreiten), Schrijven Online, D!scura, Nijkerk Nieuws en Aanlegplaats: thuishaven voor blogs vol literair talent en ook op Aanlegplaats: Ben de Graaf, het interview en De vangst van Ben de Graaf.
Robert wist blijkbaar vooraf al dat het een lang gesprek ging worden 😉
Als wandelmaat in lunchtijd heb ik jarenlange ervaring met dit fenomeen, vooral als de voetbalwedstrijd niet gewonnen is, dan heeft Ben ongeveer de gehele route nodig om mijn vraag te beantwoorden, simpel luidend: en, heeft je zoon gewonnen? Ben is de prater en ik meestal de luisteraar.
Altijd weer mooi om te horen hoe Ben geen woord overslaat in zijn betoog, maar het boeit wel (bijna) altijd.
Hoi Ben,
Wederom een waar en levensecht verhaal. Het zal wel door de warmte of mijn verdorven brein komen, maar er is nog een andere combinatie mogelijk die in het zakenleven ook regelmatig voorkomt: ‘Business? Oké. Jouw koffer of de mijne?’ Hoe levensecht wil je het hebben?
Ha Ben,
Ik voel me zeer gevleid dat ik zo een prominente rol speel in je blog. Hij kwam ook op LinkedIn voorbij en dan zie ik opeens mijn gezicht net iets te groot verschijnen… Mooie manier om me betaald te zetten.
Hoewel je verhalen vaak lang duren zijn ze altijd vermakelijk. Ik denk dat dat toch ook wel zijn waarde heeft op een netwerkbijeenkomst. Misschien kan je volgende blog gaan over een poging dat je probeerde de ander aan het woord te laten maar dat het een oersaaie avond werd. Dat zal ze ook leren..
Niet alleen in netwerkgesprekken, maar bij vrijwel de meeste gesprekken, horen mensen vaak graag zichzelf praten. Sommigen zijn er zelfs goed in om iedere gelegenheid aan te grijpen om het gesprek weer in eigen richting te draaien. Soms is het prima, soms vind ik het ook ronduit irritant, gesprekken die op deze manier verlopen. Een goed begin Ben, dat je je dit in elk geval realiseert!
Ach…….over je zoon raak je toch nooit uitgesproken!!!
Ik ben ook een lulkous maar ik (!) vind het niet erg.
Wel heel origineel, zo’n rechterhand naast je die iedere keer de stopwatch indrukt wanneer jij je mond opendoet, Ben. En…. volop gespreksstof om het netwerkgesprek mee aan te laten vangen. Goed verhaal, met veel ware beweringen erin. Toen ik ooit zelfstandig als makelaar begon, werkte ik samen met een iets oudere vrouwelijke makelaar, die me wel eens zorgelijk toesprak met de woorden “niet zoveel drinken en in de kroeg hangen, hoor”. Al gauw viel de ene na de andere projectontwikkelaar binnen en uiteindelijk vroeg ze: “Waar ken jij die gasten allemaal van?” Mijn reactie: “Van de kroeg natuurlijk!” Verbaasd zei ze heel zacht: “Nou, ik zeg niks meer, zuip maar door…”
Daar moest ik ineens aan denken.
Ha ha ..De titel intrigeerde al…
Ik herken het best wel maar denk en hoop dat ik me er wel bewust van ben in ieder geval. Ik ben zelf gevoelig voor lichaamstaal…dat kan mij nog wel eens doen stoppen.
Maar leuke blog, goed om weer even bij stil te staan.
Mooi verhaal, Ben.
Dwars door deze ervaring hoor je de schreeuw dat heel veel mensen met zichzelf bezig zijn en amper de moeite nemen eens te luisteren wat die ander te vertellen heeft…..Of je netwerkt of een zakelijke transactie probeert te doen, het gegeven op te letten wat er bij die ander speelt vraagt van elk mens aandacht voor elkaar te hebben.
Zelden zonder prietpraat dus…
Ik vind jouw gesprekspartner wel erg streng en jou een beetje te verontschuldigend.
Misschien ook niet zo netjes de tijd op te nemen waarin jij praat?
Wees niet al te streng voor jezelf, Ben, inderdaad, het is verdikkeme je zoon. Dan mag je toch zeker wel een beetje oeverloos zijn? Ik ken jou als iemand die rake vragen stelt en goed luistert. Neem dat ook maar mee in je oordeel. Bedenk dat jouw monoloog misschien niet voor iedereen interessant is maar wel vertedert (dat effect zou het op mij hebben). En als ik het zat was zou ik zeggen: “En nou ik!” (zei de gek)